Burgerschap en vertrouwen
Opkomst gemeenteraadsverkiezingen afgenomen in alle Utrechtse gemeenten
De opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2022 is bij alle Utrechtse gemeenten lager uitgevallen dan in 2018. Vrij gering was het opkomstverschil in de gemeenten Bunnik (-0,1 procentpunt), Montfoort (-0,4 procentpunt) en Utrechtse Heuvelrug (-0,6 procentpunt). Relatief groot was het verschil in Veenendaal (-7,1 procentpunt), Bunschoten (-7,0 procentpunt) en Eemnes (-6,2 procentpunt). (We gebruiken hier ‘procentpunt’ in plaats van ‘procent’, omdat het gaat om een absoluut verschil tussen twee waarden die in procenten zijn uitgedrukt).
De opkomst bij de verkiezingen was in 2022 het grootst in Renswoude (70,7%), Woudenberg (67,9%) en Bunnik (66,6%) en het laagst in Nieuwegein (42,5%), IJsselstein (50,6%) en Vijfheerenlanden (52,6%). De gemiddelde opkomst in heel Nederland is op moment van schrijven nog niet definitief vastgesteld, maar ligt in de buurt van de 50,9%. Daarmee omvat de provincie Utrecht in dit jaar twee gemeenten die onder dit gemiddelde uitkomen en 24 gemeenten die boven dit gemiddelde uitkomen. De opkomst in de provincie is ten opzichte van heel Nederland, bovengemiddeld te noemen.
Vergelijken we de landelijke opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen uit 2022 (geschat op 50,9%) met die uit zowel 2018 (55%) als 2014 (54%) dan zien we dat deze in dit jaar relatief laag genoemd kan worden. Kijken we naar de meer lange termijn-verschillen tussen 2014 en 2022 dan we zien dat in sommige gemeenten de opkomst in beide perioden sterk vergelijkbaar is (Amersfoort, Baarn, Soest), bij enkele gemeenten is er in 2022 sprake van een lichte stijging ten opzichte van 2014 (Leusden, Utrecht) en bij diverse gemeenten is er sprake van een daling (zoals Nieuwegein, Bunschoten, Veenendaal). Deze verschillen illustreren dat achterliggende oorzaken voor verminderde opkomst, per gemeente apart verklaard zouden moeten worden.
% opkomst gemeenteraad 2014 -2022 Utrechtse gemeenten |
||||
|
2014 |
2018 |
2022 |
Verschil opkomst 2022 tov 2018 in procentpunten |
Amersfoort |
56,3% |
59,8% |
56,4% |
-3,4% |
Baarn |
60,4% |
61,3% |
60,2% |
-1,1% |
De Bilt |
65,9% |
66% |
63,8% |
-2,2% |
Bunnik |
63,3% |
66,7% |
66,6% |
-0,1% |
Bunschoten |
62,3% |
64,4% |
57,4% |
-7,0% |
Eemnes |
65% |
68% |
61,8% |
-6,2% |
Houten |
59,9% |
62,9% |
60,2% |
-2,7% |
IJsselstein |
51,6% |
52,6% |
50,6% |
-2,0% |
Leusden |
61,2% |
65,7% |
64,3% |
-1,4% |
Lopik |
56,7% |
58,6% |
56,8% |
-1,8% |
Montfoort |
64,6% |
65,9% |
65,5% |
-0,4% |
Nieuwegein |
47,5% |
48,1% |
42,5% |
-5,6% |
Oudewater |
63,3% |
66% |
62,1% |
-3,9% |
Renswoude |
72,1% |
74,4% |
70,7% |
-3,7% |
Rhenen |
63,8% |
62,1% |
59,9% |
-2,2% |
De Ronde Venen |
60,3% |
60,3% |
59,6% |
-0,7% |
Soest |
58,8% |
60,4% |
58,5% |
-1,9% |
Stichtse Vecht |
55,9% |
57,4% |
53,3% |
-4,1% |
Utrecht |
54,2% |
59% |
56,3% |
-2,7% |
Utrechtse Heuvelrug |
63,7% |
63,6% |
63,0% |
-0,6% |
Veenendaal |
61,9% |
63,8% |
56,7% |
-7,1% |
Vijfheerenlanden |
* |
* |
52,6% |
* |
Wijk bij Duurstede |
57,9% |
61,6% |
57,0% |
-4,6% |
Woerden |
61,8% |
63,7% |
60,7% |
-3,0% |
Woudenberg |
72,9% |
72,8% |
67,9% |
-4,9% |
Zeist |
56,8% |
58,6% |
56,0% |
-2,6% |
Nederland totaal |
54,0% |
55,% |
50,9%** |
-4,1% |
Bronnen: Kiesraad.nl / gemeentelijke websites (28 mrt 2022) / **Voorlopig cijfer, gebaseerd op AD (18 maart 2022)/Staat van Utrecht |
Databank
In de databank vindt u ondere andere de indicatoren:
- % opkomst verkiezingen Tweede Kamer
- % opkomst verkiezingen Provinciale Staten
- % opkomst verkiezingen Europees parlement
- % opkomst verkiezingen gemeenteraad
- SKM indicator participatie
- SKM indicator sociale cohesie
- SKM indicator eigen toezicht
- SKM indicator buurttoezicht
- SKM indicator feitelijke inzet
- % vrijwilligerswerk
Meer weten?
CBS. 2018. Trends in Nederland 2018
Politie en wetenschap. 2018. Doe-het-zelfsurveillance